duetten

Het mooiste kemphanen-liedje

Otis Redding & Carla Thomas

Een tijdje geleden zocht ik hier op Goeie Nummers naar het mooiste dialoogliedje, vooral omdat de dialoog zo’n zeldzaam verschijnsel is in een muzieksoort waarin monologen de boventoon voeren – eventueel aangevuld met het commentaar van koortjes. In die blog zag ik gek genoeg de voornaamste dialoogliedjes over het hoofd: duetten.

Country is een van de genres waarin duetten uitstekend gedijen. Denk aan Johnny & June Cash (Jackson, 1967), George Jones & Tammy Wynette (Cryin’ Time, 1976) en Tim McGraw & Faith Hill (Let’s Make Love, 2000). Opvallend is dat deze duo’s allemaal echtparen zijn, maar aan de andere kant ook niet, gezien het algehele conservatisme in Nashville.

Dat er in de buitenliederlijke realiteit niet per se romantische vonken tussen de twee zangpartners hoeven over te springen, bewijzen onder meer John Travolta & Olivia Newton John (You’re The One That I Want), Elton John & Kiki Dee (Don’t Go Breaking My Heart, 1976) en Bill Medley en Jennifer Warnes (I’ve Had) The Time Of My Life). Hoeft ook niet, er is muzikaal vuurwerk genoeg.

Wat dat betreft waren Brook Benton & Dinah Washington een paar apart. De twee konden elkaar naar verluidt niet luchten of zien, wat zelfs resulteerde in stekelige opmerkingen die op tape terechtkwamen. Het stond een fraai album (The Two of Us, 1960) niet in de weg. Luister bijvoorbeeld naar You Got What It Takes, inclusief de ad libs op het eind van het nummer.

Veel duetten draaien om de samenspraak van geliefden (in de praktijk: man en vrouw) en zijn romantisch van aard, op het zoete af. Denk aan Reunited (Peaches & Herb) of With You I’m Born Again (Billy Preston & Syreeta), twee dijken van hits van begin jaren 80. Misschien heeft mijn favoriete duet daarom juist een heel ander, veel pittiger en uitdagender karakter.

Tramp, in 1967 geschreven door bluesartiesten Lowell Fulson en Jimmy McCracklin, was in de VS een hit voor eerstgenoemde voordat het nummer werd opgepikt door de Stax-sterren Otis Redding en Carla Thomas. Het duo zette het op hun duetalbum King & Queen en catapulteerden het meteen de hitlijsten in.

Tramp bestaat uit een woordenwisseling tussen een vrouw met een groot standsbesef en haar nogal provinciaalse partner. Je ziet eruit als een zwerver, zegt ze, met je overall, je wilde haardos, je afgetrapte schoenen – doe daar wat aan. Zijn verweer: ik mag er dan niet al te chic uitzien, ik kan je beminnen zoals niemand anders.

De twee bekvechten zo nog een tijdje door, boven de lekkere vette groove van Stax-huisorkest Booker T. & the MG’s. Veel ontwikkeling zit er niet in. Zijn pleidooi valt bij haar niet in vruchtbare aarde; zij heeft haar zinnen gezet op een man die haar met luxe kan overladen.

Wat het nummer extra grappig maakt, is de manier waarop Thomas en Redding spelen met hun eigen imago. Carla Thomas was bekend als de goedgeklede zangeres van verfijnde soulliedjes, Otis Redding als de ruige, gepassioneerde zanger, afkomstig uit een eenvoudig milieu in Georgia, waarnaar in Tramp worden verwezen (‘You straight from the Georgia woods’).

Dit lied is niet, zoals veel andere duetten, een toppunt van romantiek. Er is niet eens een positieve afloop, de strijd tussen de twee kemphanen blijft onbeslist. Maar de man komt uiteindelijk als morele winnaar uit de bus, dat is duidelijk. In tegenstelling tot Carla is Otis trouw aan zijn afkomst, hij blijft steeds zichzelf. Dat is de moraal van Tramp: beter een authentieke armoedzaaier dan een onecht stadsmens. Een mooie les om het weekend mee in te gaan!

Robert & Alison

alison & robertIn reactie op mijn vorige blog, over de mooiste country-duetten, kreeg ik nogal wat vragen. Waarom ik George Jones & Tammy Winette (‘Take Me’) niet had genoemd. Of Dolly Parton & Kenny Rogers (‘Islands In the Stream’). Ik snap dat wel, het zijn ook prachtige duo’s en duetten. Ik koos er echter voor om me te beperken tot de zogenaamde alt.country, waar ik The Common Linnets voor het gemak maar onder reken. En de bovengenoemde artiesten vielen daar gewoon net even buiten.

Maar Robert Plant & Alison Krauss dan, hoe had ik die kunnen vergeten? Dat weet ik eigenlijk ook niet. Net als The Common Linnets maakte dit duo slechts één album samen. Maar wat voor een. Even buitengewoon als onvergetelijk. De zangeres-violiste Krauss (1971), het nachtegaaltje van de Amerikaanse bluegrass, samen met de Britse veteraan Plant (1948), bekend als pure rockzanger van Led Zeppelin. De beauty en de beast.

Dit onwaarschijnlijke stel leverde in 2007 de prachtplaat Raising Sands af, met de gelauwerde producer T-Bone Burnett, die ook verantwoordelijk was voor de soundtrack van de film Oh Brother, Where Art Thou. Raising Sand bevat louter covers: country, folk en rock. De begeleiding van drums en gitaren is heel spaarzaam, maar ook diep en mysterieus. Tegen die achtergrond zingen Robert & Alison hun zwaarmoedige liedjes over liefdesverdriet en onvervuld verlangen. Wondermooie songs die klinken of ze al eeuwen bestaan.

Raising Sands bevat onder meer twee fantastische nummers geschreven door Gene Clark (1944-1991), voormalig zanger-gitarist in The Byrds. (Over Clark later nog eens meer, daar is nu geen ruimte voor.) Luister maar naar ‘Polly Come Home’ of naar ‘Through The Morning, Through The Night’ – en huiver. Of kijk naar dit filmpje, met een live-uitvoering van het goeie nummer Killing The Blues. De krachtige tenor van Plant gaat subtiel de strijd aan met de zuivere, engelachtige stem van Krauss. En niemand wint. Of ja, toch wel. De luisteraar, die wint.

De mooiste country-duetten

Ilse%20en%20Waylon2_0

Ilse en Waylon

Op 10 mei 2014 beleefde ik, samen met waarschijnlijk driekwart Nederland, een bijzondere avond. Met dank aan Ilse en Waylon. Bij mij had dat niet alleen met vaderlandsliefde te maken, maar ook met de herinneringen die het prachtige duet van The Common Linnets opriep. Dit Nederlandse duo staat in een lange countrytraditie van Amerikaanse mannen- en vrouwenstemmen die elkaar wonderschoon aanvullen.

hoes Comes A Time van Neil YoungNeil & Nicolette
Neil Young & Nicolette Larson, dat was het duo waar ik het eerst aan moest denken. Wie luistert naar Comes A Time, de countryplaat waarmee Young in 1978 vriend en vijand verraste, hoort dat hun stemmen gewoon voor elkaar gemaakt zijn. Bijvoorbeeld in het bekende titelnummer of in het afsluitende ‘Four Strong Winds’. De nasale, zoekende stem van Young tegen de zuivere, onopgesmukte van Larson. Comes A Time was meteen de zwanenzang van de samenwerking. Young en Larson hadden een relatie, maar die liep al snel stuk. Misschien maakt dat de melancholieke liedjes achteraf nog kostbaarder.

cd BegoniasCaitlin & Thad
Caitlin Cary en Thad Cockrell zijn van recenter datum. Ik zag ze één keer live, een jaar of wat geleden tijdens het Blue Highways-festival in Utrecht. De kleine, dikkige Thad en de lange, nimfachtige Caitlin. Zijn soepele tenor cirkelde heel dicht om haar lichte alt heen. Meestal zong zij de hoogste partij, soms hij. Naast hun fraaie eigen nummers speelden ze een cover waar ik totaal kippenvel van kreeg: ‘Warm & Tender Love’, de grote countrysoulhit van Percy Sledge uit 1966. Cary en Cockrell waren geen stel, maar het is of de duvel ermee speelt – ook zij maakten samen maar één plaat: Begonias (2005).

Gram Parsons Emmylou Harris2Gram & Emmylou
En dan is daar natuurlijk nog het iconische paar uit de alt.country: Gram Parsons & Emmylou Harris. De eerste twee soloalbums van Parsons, GP (1973) en Grievous Angel (postuum, 1974) bevatten hun onvergetelijke duetten. Zijn wat ruwe, dominante stem, omgeven door haar frêle en onnavolgbare melodieën. Door de vroegtijdige dood van Parsons moeten we het met deze twee, inmiddels klassieke, albums doen. Zojuist luisterde ik ‘Love Hurts’ nog eens terug. Word je stil van.

samen maar toch alleen
Wat is het toch aan die tweestemmige man-vrouw-samenzang in de country dat mensen er wereldwijd zo door geraakt worden? Ik denk dat die stemmen zeggen: we zijn samen, maar niet één. We willen het wel, maar het gaat niet. Dicht bij elkaar, toch apart. Het blijft spannend. Te spannend misschien wel om lang te blijven duren.