Als eigentijdse muziekluisteraar ben je vooral een zapper. Als het huidige liedje niet bevalt ga je naar het volgende, hoppend van de ene artiest naar de andere, door de genres heen. Een uitstekende manier om je beperkte luistertijd efficiënt te besteden – maar persoonlijk dompel ik me liever voor langere tijd onder in één soort muziek. Door naar een heel album (!) te luisteren of, liever nog, me een aantal dagen achter elkaar (!!) onder te dompelen in het oeuvre van een bepaalde groep of artiest – mits dat natuurlijk sterk en interessant genoeg is.
Vaak gaat het dan om een artiest die in de loop van de tijd uit mijn playlist was verdwenen en door een of andere aanleiding weer op mijn pad komt. Zo verdiepte ik me een tijdje geleden in Van Morrisons album Keep Me Singing (2016) – om vervolgens weer dagenlang door Ierland te dwalen met Van the Man en zijn vroege meesterwerken Astral Weeks, Moondance en Veedon Fleece.
En zo was ik de afgelopen week bijna steeds diep into R.E.M., nu naar aanleiding van een interview dat ik hield met de Utrechtse Nederamericanaband The Yearlings (hun album Skywriting komt uit in november, lekkere muziek hoor, hou ze in de gaten), voor wie R.E.M. een grote inspiratiebron is.
De duik in de wereld van Michael Stipe c.s. leverde onverwachte indrukken op. De indieband uit Georgia fungeerde in de media vooral als onderwerp van een muziekpolitieke discussie (‘is R.E.M. niet te commercieel geworden?’) of als wegbereider voor bands als Nirvana en Pearl Jam. Maar wie anno 2018 gewoon naar ze gaat luisteren, wordt getroffen door de ontzettend sterke liedjes en het tijdloze karakter van hun eigenzinnige mix van sixties folkrock en seventies/eighties new wave.
Neem bijvoorbeeld Begin The Begin, zo’n melodieus punky nummer waarop R.E.M. het patent heeft, met een gepassioneerde tekst waaruit afkeer én liefde spreekt. Of Stand, met vette rock-‘n-rollriff van Buck en een lekker Farfisa-achtig orgeltje. Of Finest Worksong, – let op dat verrassende baswerk van Mike Mills op het eind. Of het tedere Imitation of Life, met weer zo’n vage tekst om in te verdwalen. Het etiket ‘nineties alternative rock’ blijkt totaal niet meer te passen – dit zijn moderne klassiekers. Met R.E.M. eiste de combinatie Melancholie + Kracht voorgoed zijn plek op in de rock-‘n-roll.
Tijdens mijn duiktocht dacht ik terug aan R.E.M.’s optreden op Pinkpop 1989 – hoog in mijn persoonlijke Concert-Top 10 – waar frontman Stipe fungeerde als Sjamaan, Voorganger en Martelaar ineen. Halverwege de meeslepende set scheurde hij zijn shirt kapot, en waar zoiets bij andere acts aanstellerig zou overkomen, was het daar op het podium in Landgraaf volkomen geloofwaardig. Rock-‘n-roll doet ertoe, dat was het effect. En datzelfde gevoel had ik vandaag toen ik weer uit het water kwam en mijn veren uitschudde.