
Uit het immense aanbod van nieuwe muziek steekt er elk jaar minstens één album voor mij bovenuit. Ik genoot zeer van onder meer Chris Smithers All About the Bones en Waxahatchees Tigers Blood, maar het was Lives Outgrown dat mij midscheeps raakte.
Het eerste (!) soloalbum van Beth Gibbons (1965), vooral bekend als zangeres van de Britse triphop-formatie Portishead, verscheen in de zomer. Die Welshe band bracht tussen 1994 en 2008 drie veelgeprezen albums uit, maar ondanks hun originele karakter werd ik er nooit echt door gegrepen. En bij het eveneens goed ontvangen Out of Season, dat Gibbons in 2002 samen met bassist Paul Webb (ex-Talk Talk) uitbracht, liet ik me waarschijnlijk afstoten door de onaantrekkelijke albumcover.
Hoe dan ook, ruim twee decennia later ging ik alsnog voor de bijl door het uitzonderlijke Lives Outgrown. Even origineel als bijvoorbeeld Fetch the Bolt Cutters (2020) van Fiona Apple (2020), even mysterieus als Hounds of Love (1985) van Kate Bush en – zoals Pitchfork-recensent Ben Cardew terecht opmerkt – door de buitenissige instrumentatie vergelijkbaar met Tom Waits’ baanbrekende Swordfishtrombones (1983).
Vanaf de eerste tel van openingstrack Tell Me Who You Are Today zuigt Gibbons je haar universum binnen. Een akoestische gitaar, percussie, lange tonen van een cello, een piano die wordt bespeeld met metalen lepels. En dan die stem, zuiver, helder, gekleurd door de jaren, bezwerend als een priesteres, die ons toezingt: zeg me wie je vandaag bent. Een zin waarmee je meteen voor existentiële vragen wordt geplaatst: ben ik vandaag degene die ik gisteren was, die ik morgen ben? Welke personen huizen er in mij, welke personen kunnen er naar boven komen?
Het universum van Beth Gibbons op Lives Outgrown is niet de vrolijkste plek die je je kunt voorstellen. Laat alle oppervlakkigheid maar achter je, staat er als het ware boven de ingang. Hier kom je om je levensvragen recht in de ogen te kijken, anders kun je beter omkeren. Maar wie dat doet, wordt beloond.
Gibbons zingt met bezwerende melodieën en ontregelende begeleiding over ouder worden, dromen, sterfelijkheid, de overgang, over de verwarring en wanhoop die de planetaire crisis bij haar oproept. Nog vaker gaat het over de zoektocht naar wat het leven juist de moeite waard maakt. Verwondering en liefde vormen de antwoorden. “And all that I want / Is you to want me / The way that you used to” zingt ze in Lost Changes, nadat ze eerst de onvermijdelijkheid van veranderingen in leven en liefde heeft bezongen.
Door de akoestische instrumenten zou je Lives Outgrown een Britse folkplaat kunnen noemen, maar het palet is breder en moeilijker te plaatsen. Oosterse klanken, zoals in For Sale, suggereren andere culturen. Achtergrondzang – bijzonder voor Gibbons – verzacht de zware thematiek, zoals het kinderkoor in Floating On A Moment. Vreemde, al of niet elektronisch vervormde klanken, krassende geluiden die doen denken aan vogelkreten of 19e-eeuwse stoommachines. Het effect is een sfeer die niet helemaal van deze wereld is.
Whispering Love is de lieflijke, verzoenende afsluiter. Die is welkom na al die zwaarmoedige muziek. Akoestische gitaar, fluit, en weer zo’n ontroerende melodie waarvan Lives Outgrown er zoveel bevat. Een lied over het verlangen naar het verlangen. Ik neem de vrijheid de liedtekst hier integraal te citeren:
“Leaves of our tree of life
Where the summer sun
Always shines through the trees of wisdom
Where the light is so pure
Oh that summer sun
Moontime will linger
Through the melody of life’s shortening longing view
Oh whispering love, come to me
When you can
Far from our conscious mind
Lie those fallow fields
Where open hearts will wander
Sweet whispering love, come to me
When you can
And they, they will run
They will rise
Where they can
Where they know they are safe to go
Oh whispering love, blow through my heart
When you can”
Kan ik nog meer zeggen over deze unieke plaat? Voor mij is Lives Outgrown het album van 2024. Het is geen muziek waar je elke dag voor openstaat. Maar op de dagen dat je er wel klaar voor bent, word je overweldigd. Het is een kwestie van luisteren. En het indringende universum van Beth Gibbons binnenstappen, zo je wilt.


Dat laat ik me geen tweede keer gebeuren, dacht ik
En wat een debuut was het, op 17 februari 1978. Te midden van het geweld van punk en new wave en de doordreunende disco van die jaren keek de wereld verwonderd naar dit nieuwe fenomeen dat, 19 lentes jong, met ‘Wuthering Heights’ de eerste door een vrouw geschreven en gezongen nummer 1-hit in Groot-Brittannië scoorde.
Een onwaarschijnlijke hit ook: die geëxalteerde romantiek, die hoog boven de royale orkestratie uittorenende stem met deftige Britse dictie – je waande je op de nevelige Engelse moors, bezocht door geesten uit het verleden. Gothic van voordat dat woord überhaupt in de popmuziek voorkwam. Zelfs als je muzieksmaak zich beperkte tot Amerikaanse countryrockers in houthakkershemden (zoals bij mij) kon je je moeilijk aan de magie van het nummer onttrekken. Bovendien, het oog wil ook wat, en dat werd door Bush eveneens uitstekend bediend, bijvoorbeeld
Onlangs werd mijn oog opnieuw naar de zangeres getrokken, nu op de cover van de geheel aan haar gewijde Uncut-uitgave Kate Bush – The Ultimate Music Guide. De hoofdmoot van dit dikke glossy tijdschrift bestaat uit chronologisch gerangschikte interviews en recensies die door de jaren heen in de muziekbladen verschenen. Een interessante
En zo, achterwaarts door haar werk reizend, kreeg ik een steeds completer beeld van Bush’ ontwikkeling. Het valt op hoe extravagant mensen The Kick Inside bij verschijning vonden – terwijl dat nog maar het begin was. De jonge singer-songwriter zocht steeds eigenzinniger haar eigen grenzen en die van de popmuziek op met albums als The Dreaming (1982), Hounds of Love (1985, mijn persoonlijke favoriet) en The Sensual World (1989). Artrock, artpop, progrock, baroque rock, experimental pop – al deze etiketten volstonden niet om haar liedjes vol soundcollages, middeleeuwse instrumenten, moderne elektronica, vervormde stemmen en gesproken woord definitief te duiden.
Dat geldt ook voor Bush’ filmische en literaire teksten, die bol staan van verwondering en sensualiteit. Op haar album Aerial, dat na twaalf jaar radiostilte in 2005 verscheen, bezingt ze zelfs de vreugden van
Met deze bijzondere kwaliteiten neemt Kate Bush een volledig eigen plek binnen de rock-‘n-roll in. En die kwaliteiten zijn op The Kick Inside in de kiem al aanwezig. Luister nog maar eens naar