2017

Muziek als medicijn – Spijt

senecaSpijt is een indringer die zich doorgaans moeilijk laat verdrijven. Filosofen van de stoïcijnse levenskunst beweren dat dergelijke nare gevoelens het gevolg zijn van denkfouten en dat je zo’n fout door logisch redeneren kunt rechtzetten. Maar zonder me met Seneca c.s. te willen meten, vraag ik me af of muziek in dit geval niet veel meer uithaalt dan de ratio.

jackson-browne-nuLuister maar naar These Days van Jackson Browne, van zijn album For Everyman uit 1973. De Amerikaanse singer-songwriter, tegenwoordig krasse knar die oogt alsof de tijd hem al een tijd met rust heeft gelaten, was destijds nog een vroegoude jongeling die vaak met de handen in het haar zat. Gelukkig voor ons. (meer…)

Een Wereldster

omslag Roger Steffens Bob MarleyEen tijdje terug schreef ik hier op Goeie Nummers over reggaelegende Bob Marley als goedheiligman, omdat hij op 5 december 1975 zijn prachtplaat Live! uitbracht en me zo liet kennismaken met de reggae. Toch heb ik me sindsdien nooit echt in de beroemde Jamaicaanse zanger en bandleider verdiept. Vorige week kwam daar verandering in door een nieuwe biografie, eenvoudigweg getiteld Bob Marley, van de hand van de Amerikaanse reggae-expert Roger Steffens.

Wailer Marley en ToshSteffens wekt de wereld van de hoofdpersoon tot leven alsof je er zelf bij bent.  Hij laat Marleys levensverhaal grotendeels vertellen door een lange stoet vrienden, bandleden en andere betrokkenen, vanaf Marleys jongensjaren tot zijn vroegtijdige dood aan kanker in 1981. Zo krijgen we onder meer een levendig beeld van de jeugdige zanger in de Jamaicaanse hoofdstad Kingston, waar hij in de jaren 60 met muzikale kompanen Peter Tosh en Bunny Wailer eindeloos oefent op meerstemmige zangpartijen, geïnspireerd door de Amerikaanse popsoul van Curtis Mayfield en diens groep The Impressions.

kaart Caribisch gebiedNog interessanter wordt zo’n levensbeschrijving als die je de ogen opent voor iets wat je tot dusver over het hoofd hebt gezien. Het is misschien wat naïef, maar ik beschouwde Bob Marley en zijn Wailers onbewust altijd als een soort Amerikaanse artiesten. Jamaica lag in de Cariben, dus vanuit hier gezien dicht bij de VS. En ze zongen in het Engels – een ongebruikelijk Engels weliswaar, maar niet moeilijker te verstaan dan dat van Otis Redding of Bob Dylan.

Bob Marley 2 - kopieDoor Steffens boek besefte ik dat ik het al die tijd verkeerd zag. Marley was een artiest uit de Derde Wereld, niet uit Amerika. Het Jamaica van Marleys tijd was een voormalige Britse kolonie die pas in 1962 onafhankelijk werd. Een witte bovenlaag maakte er nog steeds de dienst uit. De zwarte bevolking was veelal straatarm. Jamaica deed dus in veel opzichten meer denken aan Zimbabwe of Zuid-Afrika dan aan de VS.

Bob Marley naast Che Guevara op muurAls aanhanger van het Rastafari-geloof was Marley ook sterk gericht op Afrika, met Ethiopië als het beloofde land waar zijn volk in vrede zou kunnen leven. Meer dan wie ook gaf hij een stem aan de onderdrukte zwarte bevolking in Afrika en de diaspora. En het Afro-Amerikaanse publiek dat Marley heel graag wilde bereiken haakte pas een stuk later aan, toen hij na zijn dood echt een Wereldster werd en sommigen hem zelfs als een profeet gingen beschouwen.

Tosh Marley WailerDoor deze biografie, die gelukkig niet meedoet aan die heiligenverering, ging ik ook opnieuw naar Marleys werk luisteren. Naar Rat Race. Naar Lively Up Yourself. Naar Concrete Jungle (uit 1973, nog met Tosh en Wailer). Onveranderd mooi en opwindend, en toch anders dan voorheen.

 

 

 

 

Het mooiste huwelijksaanzoek

aanzoek kikkersDe meest overtuigende manier om een huwelijksaanzoek te doen is niet op één knie, bloemen enzovoort, maar natuurlijk met muziek. Dat wisten onze voorouders al, ze hebben enkele eeuwen geleden niet voor niets de aubade uitgevonden: een lied waarin een man zijn aanbedene het hof maakt, liefst onder aan haar raam – ze deden toen nog amper aan genderneutraal – onder begeleiding van een lieflijk betokkeld snaarinstrument. Geef toe, welk hart zou daar niet van smelten?

jongen met luitAls je de schrijvers uit vervlogen tijden mag geloven, klonken deze muzikale aanzoeken van edelen en troubadours in de Middeleeuwen en de Renaissance geregeld op allelei openbare gelegenheden. Om de een of andere reden hoor je ze tegenwoordig nog maar zelden, en dat is jammer. Een mogelijke verklaring is dat aubades nu gewoon verstopt zitten in popliedjes.

Sam Cooke You send meVoor het fraaiste aanzoekliedje moeten we wel een stukje terug in de tijd, toen we de huwelijkse geloften nog wat letterlijker namen dan tegenwoordig. Naar 1957, om precies te zijn. In dat jaar steeg You Send Me van Sam Cooke naar de nummer 1-positie in de Amerikaanse Billboard R&B Charts.

Sam Cooke 2Sam Cooke (1931-1964), afkomstig uit een zwart domineesgezin met acht kinderen, begon zijn korte en stormachtige carrière als gospelzanger en switchte daarna naar pop en soul. Crooner Nat King Cole was zijn grote voorbeeld, maar de ruigere stijl van de soul trok hem ook. Als zanger was Cooke een natural. Hij had het allemaal: kracht, bereik, zuiverheid, souplesse, en desgewenst gaf hij zijn stem een rauw randje mee. En dat alles zonder dat het hem enige moeite leek te kosten.

Sam Cooke 4In You Send Me toont Cooke zijn zoetgevooisde, intieme benadering. We zien de twee geliefden meteen voor ons, ze zijn al vertrouwd met elkaar: ‘Darling, you send me, honest you do.’ De zanger bekent dan dat hij zijn gevoelens een tijdlang niet serieus durfde te nemen: ‘At first I thought it was infatuation.’ Die overwonnen bindingsangst maakt zijn liefdesverklaring des te geloofwaardiger: ‘Now I find myself wanting to marry you / and take you home.’ Zo simpel, zo direct, zo puur. Zo ouderwets bijna. En dan die onvergelijkbare stem van Cooke – je ziet bruid en bruidegom al bijna naar het altaar lopen.

Gregory PorterMaar voor wie nu nog aarzelt met haar jawoord, hier is een fraaie versie van Gregory Porter, die ‘You Send Me’ bijna een halve eeuw na dato opnieuw tot leven wekt. Niet ouderwets dus, maar tijdloos. En stukken overtuigender dan kaarslicht, ringen of rozen maar kunnen zijn.

Het mooiste kerstlied #3

John Mayer 3Voor een goed kerstliedje hoeven er geen kerstwoorden in de titel of het refrein te staan. Een enkele verwijzing in een hoekje van een vers volstaat. Dat bewijst John Mayer in Waiting On The World To Change.

hoes Continuum van John MayerDe Amerikaanse zanger-gitarist brak in 2006 door met het album Continuum, dat paradoxaal genoeg aansloeg bij jonge (vrouwelijke) fans én bij collega-muzikanten. ‘Waiting On The World To Change’, van datzelfde album, lijkt zelf ook behoorlijk tegenstrijdig: een vette groove, een lekker meezingbaar refrein, maar qua tekst op het eerste gezicht allesbehalve opwekkend.

John Mayer, geboren in 1977, begint het nummer met een klacht. Hij en zijn generatiegenoten worden alsmaar verkeerd begrepen:

They say we stand for nothing / and there’s no way we ever could / Now we see everything that’s going wrong / With the world and those who lead it / We just feel like we don’t have the means / To rise above and beat it.

ribbonEven verderop spiegelt hij ons voor dat alles beter zal gaan als zijn generatie eenmaal het heft in handen krijgt. Toen ik het voor het eerst hoorde, wist ik niet van ik ervan moest denken. Dat werd nog sterker bij het derde couplet, waarin Mayer ook de kerstperiode erbij haalt:

Now if we had the power / To bring our neighbors home from war / They would have never missed a Christmas / No more ribbons on their door

John Mayer 2Mayers ‘oplossing’, die hij ons in het refrein steeds voorhoudt, is om te wachten tot de wereld verandert, onder het circulaire motto: ‘we kunnen niets doen, dus doen we maar niets’. Dat klinkt behoorlijk defensief, als een excuus, zo je wilt.

Maar goed beschouwd is die houding niet voorbehouden aan de generatie van Mayer. Iedereen wordt dagelijks via de media geconfronteerd met maatschappelijke misstanden en met toekomstvoorspelling die niet rooskleurig zijn. En geef toe, ongeacht tot welke generatie je behoort, een afwachtende houding is best begrijpelijk en verleidelijk.

John Mayer closeMaar het knappe is: in het eerste refrein kun je Mayers woorden nog opvatten als een serieus gemeend pleidooi, als rechtvaardiging. Maar bij het derde of vierde refrein gaat dat niet meer. Je wordt een beetje ziek van die herkenbare maar o zo futiele uitweg die je wordt geboden. Het lied vertelt je dat het tijd is om die onzin achter je te laten – en gewoon te doen wat je kunt om de wereld een beetje beter te maken. Zo heeft de zanger ‘Waiting On The World To Change’ natuurlijk ook bedoeld. Een fijne Kerstgedachte en goed voornemen in één. Dank je, John.

Ik wens je een fantastisch en actief 2018 toe!

 

Guilty Pleasure – Chris Rea

399px-Chris_Rea._personal_pictureDe donkere dagen voor Kerst lenen zich goed voor bekentenissen, en na vorige week heb ik de smaak te pakken. Vandaag zet ik mijn biecht voort met Chris Rea. Ja, Chris Rea. Hoewel weinig vooruitstrevend, verrassend of vernieuwend, kan niemand ontkennen dat zijn muziek gewoon erg lekker is – en daar gaat het bij guilty pleasures toch om. Bovendien kan de Brit momenteel wel wat extra steun gebruiken, nadat hij onlangs op het podium in Oxford onwel werd en zijn tournee moest afbreken.

hoes Josephine van Chris ReaIn de jaren 70 en vooral 80 vierde Chris Rea (Middlesborough, VK, 1951) triomfen met hits als Fool (If You Think It’s Over), Josephine en de kerstklassieker Driving home for Christmas. Lekker hoor. Daarna verdween de man met het aangename schuurpapieren stemgeluid grotendeels uit de hitlijsten, maar bleef hij wel platen uitbrengen – ruim vijfentwintig, verzamelaars niet meegerekend – en ook optreden, zelfs nadat er in 2001 alvleesklierkanker bij hem werd geconstateerd.

hoes Wired to the MoonMijn belangrijkste kennismaking met Chris Rea is het album Wired to the Moon uit 1984, een plaat vol lekkere nummers, waaronder de bescheiden hit ‘I Can Hear Your Heartbeat’. Voor mij springt The Ace of Hearts eruit. Een liefdesliedje dat de spanning tweeënhalve minuut vasthoudt, tot de drums en de bas echt gaan meedoen. Ooit had ik een cassette met een live-uitvoering waarin Rea’s band die dynamiek nog wat uitvergrootte. Lekker hoor.

Chris ReaBij mij leeft het idee dat Chris Rea zo’n muzikaal zondagskind is dat alles komt aanwaaien. Zo iemand die in drie dagen gitaar leert spelen, in twee dagen piano en op zaterdag en zondag liedjesschrijven. Voor een hit pakt hij een bierviltje, voor een bluesnummer zijn bottleneck, en een bossanovaatje componeert hij even tussen de reclame en het journaal.

sprezzaturaRea doet in werkelijkheid waarschijnlijk gewoon alsóf het hem zo gemakkelijk afgaat. Dat is zijn geheim. Sprezzatura noemen de Italianen dat. Jíj hoeft je nergens zorgen over te maken, híj zorgt dat het goedkomt. Het is die schijn van moeiteloosheid die maakt dat zijn muziek zo lekker klinkt.

Chris Rea 2Kerstmis is niet alleen een goede tijd voor bekentenissen en vergeving, ook voor weemoed. Ik zet Wired to the Moon nog eens op, schenk mezelf een glas wijn in. Als je daar ook zin hebt, doe dan mee en klink met me op de gezondheid van Chris Rea.

Doe de dans

Little EvaSinds het allervroegste begin kent de popmuziek het kleine genre van de ‘doe-de-dansnummers’: liedjes die ‘Doe met mij mee!’ zeggen en in woord, beeld en muziek de daad bij het woord voegen. Denk aan Twisting the Night Away van Sam Cooke, Mess Around van Ray Charles, The Locomotion van Little Eva en zo voort.

Ray CharlesDeze aanstekelijke hartekreet is bij uitstek geschikt voor live-uitvoering en voor video. Vaak gaat het om rages en hypes, waarbij de artiest als een soort standwerker het nieuwste snufje voor zijn begerige publiek aanprijst en demonstreert. Even kinderlijk als onweerstaanbaar.

Carl Douglas 2Onder die doe-de-dansnummers bevinden zich ook verzonnen dansjes, die zojuist door de artiesten zelf zijn uitgevonden. Zo liet Carl Douglas begin jaren 70, meeliftend op het succes van de populaire tv-serie met David Carradine, in zijn ‘Kung Fu Fighting’ de Oosterse krijgskunst samensmelten met moderne disco. Hier  te zien in VPRO’s onvergetelijke Sjef van Oekel’s Discohoek.

Rufus Thomas Stax ProfilesEen van de meesters van het subgenre was soulzanger Rufus Thomas (1917-2001). Deze ‘Oldest Teenager in the World’ maakte in de jaren 60 en 70 zijn handelsmerk van die zelfverzonnen dansjes, meestal geïnspireerd op het dierenrijk. Voor het fameuze Stax-label uit Memphis scoorde hij hits als Walking the Dog, Can Your Monkey Do the Dog, Do the Funky Chicken (kijken!) en Do the Funky Penguin. Het hoeft niet altijd zo serieus.

leuke hoes Genesis I Can't DanceZoiets moet Roxy Music ook gedacht hebben. De Britse glamrockers hadden een patent op camp maar maakten ondertussen ook fraaie en zeer originele muziek. Hun tweede album For Your Pleasure (1973) opent met Do the Strand, dat de dansrages liefdevol persifleert maar de luisteraar laat gissen naar de exacte choreografie. Genesis geeft ook een leuke draai aan het genre met I Can’t Dance, waarin Phil Collins c.s. van de nood een deugd maken.

PsyMaar ook zonder ironie is het doe-de-dansnummer nog alleszins levensvatbaar. Denk maar aan megahits als de Lambada (1989) en de Macarena (1993) , en aan het recentere megasucces van Gangnam Style van Psy. Gelukkig maar, want weinig dingen op deze planeet leveren zoveel instant-vrolijkheid op. Laat ze maar doorkomen, die muzikale uppertjes!

Mis je hier nog goeie doe-de-dansnummers? Deel ze hier!

 

 

Tom Petty

330px-Tom_Petty_(8191710373) 2014En daar ging er weer een. Het erge is dat je weet dat dat voortaan de hele tijd zo zal doorgaan. Veel rocksterren hebben inmiddels de pensioengerechtigde leeftijd bereikt. Bovendien zijn het uiteindelijk toch gewoon mensen, hoewel we dat altijd willen ontkennen. Afgelopen maandag, mijn verjaardag notabene, was het dus Tom Petty. Volkomen onverwacht, 66 jaar pas, vlak na een succesvolle jubileumtournee door de VS.

Tom_PettyTom Petty, afkomstig uit Florida, verkocht wereldwijd zo’n tachtig miljoen platen maar was vooral in zijn thuisland een hele grote, die stadions liet vollopen. Maar het begon voor hem en zijn Heartbreakers in Europa. Hier liftte hij mee op de buzz van punk en new wave die in de tweede helft van de jaren 70 over het continent spoelde.

Tom Petty & The HeartbreakersHet ijzersterke debuutalbum van de band, simpelweg getiteld Tom Petty & The Heartbreakers (1976), vormde meteen een blauwdruk al voor zijn latere werk: meeslepende compacte rocksongs, klaaglijk en nasaal gezongen, met pakkende melodieën en precies de goede gitaarriffs en toetsenaccenten van begeleiders Mike Campbell en Benmont Tench.

Tom Petty WildflowersNa dat debuutalbum maakte Petty nog veel meer platen die niet stuk kunnen en altijd mooi zullen blijven, zoals Damn The Torpedoes (1979), Full Moon Fever (1989) en Wildflowers (1994). Ongeveer volgens het recept van de eersteling, maar niet gemakzuchtig, allesbehalve formulewerk. Het is eerder dat het bij Petty altijd allemaal zo gemakkelijk klinkt – meestal het kenmerk van ware klasse.

Learning to flyNiet al zijn platen zijn even sterk, maar ze bevatten zonder uitzondering een of meer pareltjes. Zodat je zonder moeite een driedubbeldik verzamelalbum uit zijn liedjescatalogus kunt samenstellen met alleen maar klassiekers. Ik noem er drie, nee vier, nee vijf: Breakdown, Refugee, Free Fallin’, I Won’t Back Down, Learning To Fly.

Nico Dijkshoorn‘Learning To Fly’ is zo’n typisch Petty-nummer, waarin hij zijn wanhopige en toch krachtige stemgeluid inzet om de eenzamen onder ons, of misschien eerder de eenzaamheid in ons allen, te troosten. Nico Dijkshoorn wijdde deze week een prachtige column aan het nummer, waarin zijn gebruikelijke grappen en grollen het moesten afleggen tegen ontroering.

Traveling Wilbury'sEr valt nog veel meer over Tom Petty te vertellen, over zijn aandeel in supergroep The Traveling Wilbury’s bijvoorbeeld, en over zijn bijzondere imitatiecovers, bijvoorbeeld op het J.J.Cale-tributealbum The Breeze. Maar daarvoor voelt het te vroeg.

citaat uit American GirlEind jaren zeventig maakte ik zijn opkomst mee, onder meer via een live-optreden van Pinkpop 1977, dat ik op cassette opnam van de radio en vaak terugluisterde. ‘God it’s so painful / Something that’s so close / And still so far out of reach,’ hoorde ik Petty zingen in ‘American Girl’. Ik was geen Amerikaan, geen meisje, maar wel veertien. Een heel geschikte leeftijd om door zulke regels – en zulke muziek – te worden gegrepen. En getroost. Maar eigenlijk is elke leeftijd er geschikt voor. Dank je, Tom.

Trouw en trouweloosheid

Robert EllisDe popmuziek is op dit moment verstoken van schokkend nieuws, zoals het overlijden van grote namen of de comeback van antieke geluidsdragers. Gelukkig maar, want dan kan ik het weer eens over Robert Ellis hebben. Onder de noemer ‘een oude ziel in een jong lichaam’ portretteerde ik hem al eens op Goeie Nummers, maar dat is alweer ruim een jaar geleden en daarmee heeft de singer-songwriter uit Texas zeker nog niet gekregen wat hem toekomt – en de lezer van dit blog evenmin.

ijswakEllis is zo’n artiest die je maar eens in de paar jaar tegenkomt. Wiens muziek als een ‘bijl het ijs van ons bewustzijn splijt’. Bij mij in elk geval wel. Niemand anders schrijft op dit moment zulke spannende popsongs die zo onmiskenbaar geworteld zijn in de rootstraditie. Of andersom: niemand flirt in zijn folk- en countrysongs zo soepel met pop en jazz. En niemand balanceert ook in zijn teksten zo overtuigend op het slappe koord tussen Trouw en Ontrouw.

hoes The Lights of the Chemical Plant van Robert EllisTot dusver produceerde Robert Ellis (1988) vier solo-albums: The Great Re Arranger (2009), Photographs (2011), The Lights from the Chemical Plant (2014) en vorig jaar zijn meest recente, gewoon Robert Ellis getiteld, alsof het zijn debuut betreft. Het is vooral met die laatste twee platen dat Ellis zich loszingt uit het pure country- en folkidioom.

albumhoes Robert EllisDat nieuwste album bevindt zich dan weer wel in de mooie poptraditie van het breakup-album. Alle liedjes van het album ademen het traumatische einde van een liefde, en ze snijden diep door de ziel. Luister maar eens naar California: ‘And she says maybe I’ll move to California / With the unbroken part of my heart I still have left / Maybe I’ll fall in love again someday / I’m not gonna hold my breath.’ De pijn van de uiteengespatte droom is tastbaar in elke vezel, alleen de fraaie melodie houdt het draaglijk.

single Free Man in Paris, Joni MitchellMaar Ellis kan en wil niet om de andere kant van de huwelijkse trouw heen, zoals in prijsnummer It’s Not Ok: ‘It’s not okay / The way we look at one another / It’s not okay / That our love has to stay undercover.’ Daarbij spaart hij ook zichzelf niet: ‘Maybe I’m destined to repeat myself forever / Don’t you think I’d learn from my mistakes?’ Zoveel openhartigheid in combinatie met zo veel schoonheid – het zal niet voor niets zijn dat hij ‘Free Man in Paris’ van Joni Mitchell tegenwoordig op zijn setlist heeft staan.

Ribs en bluesLive staat de Texaan trouwens ook zijn mannetje. Afgelopen juni speelde hij, gekleed in zijn strakke spacecowboypak en ondersteund door puike vaste begeleiders, op Ribs & Blues in Raalte. Ondanks de wat lompe geluidsmix en de barbecue-achtige sfeer op het Overijsselse festival bleven zijn subtiele nummers op het podium volledig overeind.

Robert Ellis met gitaarVoor wie zoveel lof juist twijfel oproept, kijk zelf maar naar Ellis’ Tiny Desk Concert, met louter begeleiding door ‘favorite guitar player on the planet’ Kelly Doyle. Of naar deze live-registratie, waarin de band wordt aangevuld met pedal steel. In Raalte liet Robert Ellis overigens weten alweer bezig te zijn met nieuwe nummers. Ik kan nauwelijks wachten op zijn volgende avonturen.

R.I.P. Walter Becker

Steely Dan 2Een onaantastbare twee-eenheid vormden ze. Walter Becker en Donald Fagen. Altijd in die volgorde. Maar nu dus niet meer. Afgelopen zondag overleed Walter Becker, 67 jaar oud. Samen met Fagen was hij in Steely Dan vanaf begin jaren zeventig verantwoordelijk voor een uniek geluid: een vernieuwende mix van pop, jazz en funk, met cryptische teksten die volop ruimte lieten voor interpretatie. Uitgevoerd door topmuzikanten in topstudio’s.

Do It Again en Rikki Don't Lose That NumberSteely Dan onttrok zich aan alle etikettering. Hoewel het lekker in het gehoor lag – luister maar eens naar Do It Again of Rikki Don’t Lose That Number – was het geen gemakkelijke muziek. Akkoorden en melodieën waren geraffineerd en onvoorspelbaar. De teksten, vol obscure verwijzingen en cynische humor, hielden je op het puntje van je stoel. In de woorden van collega-artiest Rickie Lee Jones: ‘They were the first to make intelligent music cool.’

marx brothersBecker en Fagen ontmoetten elkaar in hun studententijd eind jaren zestig. Geen Ze deelden een liefde voor soul, Chicago blues en jazz (dwz de jazz van vóór de mid-sixties), en voor de Marx Brothers, science fiction, Nabokov, Kurt Vonnegut en de films van Robert Altman. Volgens de mores van de tijd zetten ze zich daarmee af tegen hun opvoeding. Wel bijzonder is hoe ze al die invloeden – de muzikale, literaire én cinematografische – in onvergetelijke popsongs wisten te gieten.

Steely Dan ca 2000Bij artiestenduo’s is de buitenwacht vaak nieuwsgierig naar de rolverdeling, de onderlinge krachtsverhoudingen. Maar daarvoor kwam je bij Becker en Fagen van een koude kermis thuis. Op het podium en in de liner notes herkenden we natuurlijk Fagen op zang en toetsen en Becker op gitaar en/of bas. Maar wie precies wat deed bij het schrijven van de nummers of in de studio, daar deden de twee altijd vaag over, net zoals ze hun eigen zieleroerselen tegenover de buitenwereld doorgaans in een nevel van wisecracks verborgen.

hoes Gaucho van Steely DanOver conflicten hoorden we evenmin iets. Ook niet toen het tweetal na hun zevende studioalbum Gaucho (1980) uit elkaar ging. Pas later werd duidelijk dat Beckers zware drugsverslaving in die tijd een wissel op de samenwerking trok. Het legendarische perfectionisme van Becker en Fagen – waarmee ze een standaard neerzetten die tot op de dag van vandaag voor veel collega’s een heilige graal is – spreekt wat dat betreft boekdelen. Je moet wel echt goede vrienden zijn om zo samen te kunnen werken.

Walter Becker2Bij mij duurde het een tijd voordat Steely Dan aansloeg. De muziek was moeilijk te plaatsen. En week nogal af van de folk, country-rock en pubrock waar ik vooral naar luisterde. Het was jazzy, en soms leek het op disco, zoals Josie, en dat was dus Fout. En net als veel anderen was ik gewoon een beetje bang van die mannen. Een schoolvriend omschreef Becker als ‘die kale met dat lange haar’. Brrr.

hoes Everything Must Go van Steely DanBegin deze eeuw kwam het tweetal weer bij elkaar. Ze maakten twee studioalbums, Two Against Nature en Everything Must Go, goede platen die volgens de meeste critici echter niet konden tippen aan hun oudere werk. Op mijn persoonlijke Steely Dan-playlist prijken echter verrassend veel tracks van die twee platen. Ze funken bijvoorbeeld beter dan ooit, bijvoorbeeld in naar Jack of Speed, met geweldig blazerswerk. Of naar deze hele show. Misschien is het tijd voor herwaardering van die periode. Zeker nu we weten dat er geen nieuw studiowerk meer komt.

Walter BeckerWalter Becker was bovenal het meest onwaarschijnlijke rolmodel dat je je kunt voorstellen. Hij had een moeilijke jeugd, was introvert en niet knap. Maar intelligent, muzikaal en humoristisch was hij wel. En door zich daarop te focussen kreeg hij erkenning, werd hij rijk en beroemd. Zo bracht hij hoop in de levens van talloze verlegen nerds op deze aardbol, alsof hij zei: Kijk eens wat je tot stand kunt brengen. Niet door vooraan te gaan staan en een fraai masker op te zetten, maar door de muziek te maken die je zelf mooi vindt. Muziek die voortleeft als je er zelf niet meer zult zijn.

Walter Becker heeft laten zien dat dat kan. Daar mogen we hem eeuwig dankbaar voor zijn. En voor zijn muziek natuurlijk.

Nog meer koebel

koebel met ribbeltjesVorige week zong Goeie Nummers de lof van de koebel (cowbell, campana). Het effect van die blogpost op mijzelf was best heftig. Want ik hoorde die koebel vervolgens overal, zoals dat wel vaker gaat nadat je je op een bepaald onderwerp hebt geconcentreerd. En wat daarbij opviel: de koebel zit opvallend vaak in opvallend goeie nummers.

dr JohnBijvoorbeeld Mama Roux van Dr. John, uit 1969. Buitengewoon vet. De muzikale arts uit New Orleans zingt over een bodem van de laagste basnoten die nog net binnen de gehoorgrens vallen. Een griezelig klinkend vrouwenkoortje geeft de zanger antwoord. Maar het voodoofeestje is pas compleet door, je raadt het al, de koebel.

michael jacksonAnder voorbeeld: Don’t Stop ‘Til You Get Enough van Michael Jackson. Van alle hits van de King of Pop is dit vermoedelijk de allercoolste. Nog altijd zie je elke dansvloer vollopen als deze retestrakke jazzfunk uit 1979 wordt gedraaid. De mannen van Earth, Wind & Fire moeten ziek van afgunst zijn geweest vanwege die groove en dat blazersarrangement. Maar de kers op de taart is natuurlijk weer die koebel.

Feels van Calvin HarrisWat recenter vinden we de Beastie Boys met Hey Ladies uit 1989. Voor wie houdt van flink veel koebel. En aangekomen in het nu: Calvin Harris die samen met Pharrell Williams, Katy Perry en Big Sean het onweerstaanbare zomerhitje Feels afleverde. Zelfs in gesamplede vorm is de veredelde metronoom onmisbaar.

IMAG2593Wil ik hiermee dan zeggen dat elk willekeurig nummer baat zou hebben bij koebel, of bij méér koebel? Nou, daarmee ga je me toch iets te ver. Feit is dat de droge koebel-tik, een echo van zijn nederige agrarische afkomst, de rock-‘n-roll in zijn vlucht naar almaar groter en elektronischer met beide benen op de grond weet te houden, dicht bij zijn landelijke oorsprong van blues en de country in de vorige eeuw. Iets moet ons toch herinneren aan waar we vandaan komen. Laat dat dan een koebel zijn.

Meer koebel

chroom koebelHij is belangrijker dan je zou denken: de koebel. Ik bedoel niet dat ding dat in Zwitserland om de nek van runderen hangt, maar het min of meer vierkante metalen bloempotje zonder klepel waarop percussionisten en drummers tikken (zie afbeelding rechts). Het voorwerp ziet er van zichzelf al niet indrukwekkend uit en wordt vaak ook nog slordig met tape beplakt. Bovendien heeft de koebel op zichzelf niet de meest welluidende klank af. Maar toch, wat zouden we hem missen als-ie er niet meer zou zijn.

koebel met tapeDe koebel (ook wel: cowbell, campana) kwam vermoedelijk mee met de mambo of salsa vanuit Zuid- of Midden-Amerika en integreerde vandaaruit langzaam en bijna onopgemerkt in de popmuziek – om daarin uiteindelijk zijn unieke plek in te nemen. Zonder hem zouden talloze grote nummers niet bestaan. Honky Tonk Women van The Rolling Stones, om er een te noemen. Of Born on the Bayou van Creedence Clearwater Revival. You Ain’t Seen Nothing Yet van Bachman Turner Overdrive. Ondenkbaar zonder koebel.

hoes Rumours van Fleetwood MacNet als dat andere onderschatte superinstrument, de triangel, zit de koebel vaak diep verstopt in de mix. Je hoort hem nauwelijks, maar als je hem weglaat ga je hem missen. Heel erg missen. Ergens tussen de 462 andere instrumenten op Fleetwood Macs Go Your Own Way schijnt bijvoorbeeld koebel te zitten, en het kan niet anders of dat is wat het nummer magisch maakt. Ook Ringo Starr was niet vies van een potje koebel (Drive My Car, You Can’t Do That), net als percussionist Joe Lala, bekend van onder meer The Allman Brothers Band en Manassas.

Christopher Walken more rock tapeMaar er zijn altijd mensen die de verleiding niet kunnen weerstaan om de spot te drijven met iets dat kwetsbaar en/of enigszins onooglijk is. De makers van Saturday Night Live bijvoorbeeld. ‘More Cowbell’, is de kreet waarmee acteur Christopher Walken het instrument in een aflevering van de populaire tv-show in 2000 op een voetstuk zet, met als uiteindelijk doel natuurlijk om het juist voorgoed uit de beschaving te verwijderen.

koebel met heel veel tapeHet nare is dat SNL behoorlijk in die opzet geslaagd lijkt te zijn. De laatste jaren horen we nog maar weinig koebel in de rock-‘n-roll. Doodzonde. Op deze plek wil ik dan ook, zonder een spoor van ironie, tegen de hele popwereld en daarbuiten zeggen: Meer koebel! Alsjeblieft, meer koebel!

Ken je meer nummers met koebel in de hoofdrol of in een fantastische bijrol? Laat het weten op Goeie Nummers!

Vergeten album – Manassas

hoes ManassasDe band bestond maar twee jaar, en maakte niet meer dan twee platen, waarvan de laatste schijnbaar zonder al te veel inspiratie. Maar die eerste, daar draait het om. Het titelloze debuut-dubbelalbum van Manassas uit 1972 blijft een wonderlijk en wonderschoon album. En wonderlijk veronachtzaamd, dat ook.

Manassas1972Een jaar eerder had zanger-gitarist Stephen Stills (Buffalo Springfield, Crosby, Stills, Nash & Young) een toevallige ontmoeting met zanger/multi-instrumentalist Chris Hillman (Byrds, Flying Burrito Brothers). Na toevoeging van pedal-steelgitarist hors categorie Al Perkins, het ervaren ritmetandem Dallas Taylor en Calvin Samuels, aangevuld met percussionist Joe Lala en toetsenist Paul Harris was Manassas compleet.

vonkenIn de studio in Los Angeles ging het snel. Binnen een paar weken had het zevental genoeg nummers voor een dubbelalbum: Manassas. Het mooie is: je hoort gewoon de bijzondere chemie. Muziekmoleculen die op elkaar reageren. Vonken die overspatten. Een brandlucht af en toe. Veelzijdig ook: blues, folk, country, latin en rock – het is er allemaal, soms zelfs in verrassende combinaties. Luister maar eens naar Johnny’s Garden of It Doesn’t Matter.

hoes Layla and other assorted love songsBij al dit moois vraag je je af waarom het album en de band niet een veel grotere status hebben. Manassas is zeker zo goed als het legendarische Layla And Other Assorted Love Songs van Derek & The Dominoes (Eric Clapton) uit dezelfde periode. En live schijnt de band ongeëvenaard te zijn geweest – kijk en luister naar Bound to Fall of Song of Love.

Hillman1972Misschien ging het allemaal iets te haastig bij Manassas. De samenstelling van het album is niet perfect. Een prijsnummer als Colorado zit weggestopt als tweede bandje op kantje drie. Bovendien werd er destijds van verschillende kanten aan de bandleden getrokken vanwege lucratieve tournees en invalbeurten, dat hielp ook niet mee.

Vincent van Gogh3Belangrijker is waarschijnlijk dat Manassas gewoon te kort heeft bestaan om geschiedenis te schrijven. Daar heb je net een paar jaar meer voor nodig. Maar inmiddels zijn we bijna vijftig jaar verder, en dan denk je: wat doet het ertoe. Goede wijn moet rijpen. Genieën krijgen meestal pas na hun dood erkenning. Check ‘em out.

R.I.P. Midnight Rider

Gregg AllmanAfgelopen zaterdag overleed weer een grote rockmuzikant. Nu Gregg Allman, 69 jaar oud. We wennen er al aan, zo lijkt het. Misschien scheelt het ook als je wist dat de zanger-toetsenist al eens een levertransplantatie onderging. Maar toch. Met Allman gaat een van de grootste rockzangers verloren, en de enige nog levende peetvader van de Southern Rock.

Duane Allman2De Allman Brothers Band, aangevoerd door Greggs broer Duane op slidegitaar, waren tot begin jaren 70 een zoekende rockband, tot ze hun roots ontdekten: blues en country, die ze vervolgens combineerden met stevige rock en een vleug jazz. In korte tijd groeide de dynamische band uit tot een live-sensatie: twee drummers, stuwende bas, twee virtuoze gitaristen die virtuoos en langdurig duelleerden maar ook subtiel konden samenspelen – met een repertoire van sterke zelfgeschreven nummers en goedgekozen bluescovers. Dat was niet eerder zo vertoond.

Gregg Allman jong met gitaarNaast Duane’s slide – en zonder de andere bandleden tekort te willen doen – was Greggs stem voor mij de absolute trekker in de muziek van de Allmans. Grommen en uithalen, dat kon-ie, maar ook binnen één regel overschakelen naar melodieus en klaaglijk. Groot en klein. Bravoure en kwetsbaarheid. Luister maar eens naar Not My Cross To Bear. Of het door hemzelf geschreven Please Call Home. Of in het subtiel groovende The Midnight Rider, waarmee de band in 1972 doorbrak.

hoes Live at the Fillmore EastMet drie klassieke albums – The Allman Brothers Band, Idlewild South en vooral Live At The Fillmore East – veroverden de Allmans een definitieve plek in het pantheon van de popmuziek. Zozeer zelfs dat de band de voortijdige dood van leider Duane in 1974 overleefde en tot een paar jaar geleden bleef toeren en platen maken. Geen discussie – de Allmans waren gewoon de beste van alle, vaak steengoeie, bands die tot op de dag van vandaag onder de vlag van de Southern Rock acteren.

Gregg Allman achter toetsenHet hoofdstuk Allman Brothers mogen we nu als gesloten beschouwen. Na meer dan veertig jaar is Gregg zijn oudere broer achterna gegaan. We gaan hem missen. R.I.P. Midnight Rider.

Kippenvel – ‘Skeleton Tree’ van Nick Cave

Nick Cave zwart jasjeHoe blijf je staande als je grootste nachtmerrie werkelijkheid is geworden? In 2015 overkwam dit de Australische singer-songwriter Nick Cave toen zijn 15-jarige zoon Arthur om het leven kwam door een val van een klif nabij zijn woonplaats Brighton (UK).

One more time with feelingOp het moment van het ongeluk was Cave met zijn band The Bad Seeds al in de studio bezig liedjes op te nemen. Dat proces ging door, maar alles werd natuurlijk anders. Om geen tekst en uitleg aan de media te hoeven geven, liet hij zich tijdens de opnames filmen door goede vriend Andrew Dominik, resulterend in de aangrijpende documentaire One More Time With Feeling.

hoes Skeleton Tree van Nick CaveOp Skeleton Tree, dat in 2016, tegelijk met de documentaire verscheen, moest de rouwende vader woorden vinden voor zijn verlies. Het album laat dan ook een andere Cave horen dan we gewend waren. Geen liedjes met verhalen, zoals ze op zijn eerdere platen veelvuldig te vinden zijn, maar vooral beelden en associaties. En weinig vaste ritmes. Alsof het waanzin was geworden om te doen alsof er ergens in deze wereld enige logica te vinden is.

Nick Cave achter pianoOp Skeleton Tree horen we naast Cave’s bariton vooral toetsen en elektronica. Vrijwel geen gitaren. Hij praat soms meer dan hij zingt. Af en toe klinkt hij ongewoon broos. Maar de algehele toon is die van beheerste wanhoop. Want voor alles is Cave artiest. Het maakt Skeleton Tree ondanks alles draaglijk, ook voor de luisteraar, en des te indringender.

Nick Cave op het podiumIn de openingstrack Jesus Alone spreekzingt Cave, boven onheilspellende synth-klanken: ‘With my voice I’m calling you’. In de daaropvolgende nummers strijden onmacht en verdriet om voorrang, en in het afsluitende titelnummer maakt hij de cirkel rond. Hoewel het het enige nummer op de plaat is met iets van een groove, gaat ook Skeleton Tree door merg en been:

‘Sunday Morning, skeleton tree / Nothing is for free / In the window a candle / Well maybe you can see’. En verderop: ‘I called out, I called out / Right across the sea / But the echo comes back empty / And nothing is for free’

Nick Cave donkere fotoHet is ons allemaal maar geschonken. En kan ons zomaar weer worden afgepakt. Het is ongerijmd dat Cave daarna nog ‘And it’s allright now,’ weet uit te brengen, ondersteund door een ijle vrouwenstem. En daarna nog twee keer. Ik begrijp hem niet. Of misschien moet hij het zingen om zijn lot te kunnen dragen. Kippenvel.

Fietsen naar de stad van de zonde

Leendert van der ValkWie de bakermat van de popmuziek wil bezoeken kan de legendarische Route 66 nemen: de snelweg van Memphis (rock-‘n-roll), door de Mississippi Delta (blues) naar de ‘City of Sin’ New Orleans (jazz). Vele muziekpelgrims legden deze tocht al af. De Nederlandse muziekjournalist Leendert van der Valk besloot het anders te doen. Samen met zijn vriendin Winnie ging hij – Hollandser kan bijna niet – op de fiets.

DuivelsmuziekWant alleen zo, over kleine weggetjes, dicht op het land, dacht Van der Valk, kun je echt in contact komen met het hete, lege en vaak zompige land in het zuiden van de VS dat de rock-‘n-roll, blues, jazz en rythm-and-blues voortbracht. Het resultaat van die soms hachelijke fietstocht is Duivelsmuziek: een zeer leesbaar en informatief boek voor wie zich (verder) wil verdiepen in de wortels van de hedendaagse popmuziek.

hoes They Call Me Muddy WatersIn Duivelsmuziek, dat de shortlist van de Bob den Uyl-prijs voor reisverhalen haalde, reis je mee in de slipstream van het Nederlandse tweetal: naar een gevangenis die functioneert als katoenplantage en radiostation. Naar Howlin’ Wolf en Muddy Waters, naar voodoofunk, gospel en Caribische straatjazz in New Orleans.

Robert Johnson met tekstIn een van de mooiste scènes, waarin hilariteit en huiver met elkaar wedijveren, begeven Leendert en Winnie zich rond middernacht te voet naar de crossroads: het kruispunt waar bluesicoon Robert Johnson volgens de legende rond 1930 zijn ziel aan de duivel verkocht in ruil voor zijn onnavolgbare gitaarspel. De duivel ontmoeten ze er niet, en de geest van Johnson evenmin. Maar Van der Valk grijpt het verhaal aan om duidelijk te maken welke rol het voodoo-geloof speelde in de oervormen van de popmuziek – voor mij een eye-opener.

hoes The very best of Dr. JohnDe duivel van Johnson, zo blijkt, was naar alle waarschijnlijkheid een omvorming van Papa Legba, een voodoo-god die vaak bemiddelt tussen mensen en andere goden. Voodoo wordt vaak versimpeld tot een griezelig bijgeloof met naalden en poppetjes. In werkelijkheid hielp het vanuit Afrika meegenomen geloof de slaven om in het verborgene, buiten het zicht van plantagehouders, de spirituele banden met het vaderland te behouden. Om dan uiteindelijk in een andere vorm in de blues en New Orleans jazzfunk terecht te komen: zie Hoochie Coochie Man van Muddy Waters of later in I Walk on Guilded Splinters van Dr. John.

VoudouHet beste nieuws is dat Van der Valk zijn journalistieke zoektocht naar voodoo – ditmaal vermoedelijk niet per fiets – heeft voortgezet vanaf New Orleans naar de Cariben, West-Afrika en verder, tot en met een oer-Hollandse gymzaal in Zaandam. Zijn boek Voudou, begeleid door een cd met salsa, jazz, kaseko, blues en funk, is net uit. Op VPRO’s Vrije Geluiden vind je ook een interview met Van der Valk en enkele video’s van zijn voodoo-reizen. Check it out.

Het mooiste Paaslied

David OlneyWeinig singer-songwriters bewogen zich zo soepel door tijd en ruimte als David Olney. De relatief onbekende Amerikaanse troubadour, die ons helaas vorig jaar op 71-jarige leeftijd ontviel, bezag zijn tijdgenoten met empathie of milde spot, maar nam zijn publiek net zo gemakkelijk mee naar het Parijs van de Eerste Wereldoorlog of het Hollywood van de roaring twenties. Of naar het Midden-Oosten van het begin van onze jaartelling.

hoes van Deeper Well van David OlneyIn Jerusalem Tomorrow, van het album Deeper Well uit 1989, kruipt Olney in de huid van een charlatan die van het ene naar het andere woestijnstadje trekt om zogenaamde wonderbaarlijke genezingen te demonstreren: lammen weer laten lopen, blinden het licht in de ogen teruggeven, dat werk.

Concurrentie-analyseHij is echt een vakman, laat de wonderdokter ons weten, maar de laatste tijd wil het niet meer zo vlotten. Wat hij ook probeert, het publiek laat hem links liggen. Een succesvolle concurrent blijkt hem voor te zijn geweest. Een merkwaardige figuur: iemand die geen geld zou vragen voor zijn diensten, en die liefde predikt in plaats van hel en verdoemenis. Daar moet hij meer van weten:

I decide I’ll go and find him / And find out who’s behind him / He has everyone convinced that he’s for real / Well, I figure we can work some kind of deal / Well, he offers me a job and I say fine / He says I’ll get paid off on down the line

Kruisiging 2Inmiddels hebben we wel een idee om welke figuur het hier draait. Olney deelt het ons allemaal mee op de laconieke praattoon van iemand die – heel realistisch – geen enkel besef heeft van de historische gebeurtenis waarvan hij getuige is. Het maakt de tekst op een geestige manier dubbelzinnig. En ook in de slotregels speelt de zanger nog eens subtiel met onze voorkennis:

Well, I guess I’ll string along / Don’t see how too much can go wrong / As long as he pays my way I guess I’ll follow / We’re headed for Jerusalem tomorrow

Emmylou Harris 2Hier past alleen nog een slotakkoord. Maar voor wie meer wil, luister hier naar de fraaie, gevoelig gezongen uitvoering van Emmylou Harris uit 1993. Zalig Pasen.

Kippenvel – ‘I’ll Take Care of You’

Drake2Het spoor van een sample helemaal terugvolgen, tot aan de bron. Dat doet de Amerikaanse muziekjournaliste Ann Powers van National Public Radio (NPR) in een fraai artikel over Drake’s Take Care. In deze grote hit uit 2011 laat de Canadese rapper-zanger zijn collega en knipperlichtvriendin Rihanna de volgende onweerstaanbare regels zingen:

‘I know you’ve been hurt by someone else. I can tell by the way you carry yourself. If your let me, here’s what I’ll do. I’ll take care of you.’

hoes The revoluation will not be televised Gil Scott-HeronWat niet elke luisteraar in 2011 wist, is dat Take Care een bewerking is van het meer dan vijftig jaar oude I’ll Take Care Of You. Dat Drake zelfs voortbouwde op een hele reeks eerdere versies. Die van dichter-zanger-activist Gil Scott-Heron (1949-2011) van een jaar eerder bijvoorbeeld, met zijn prominente pianopartij mogelijk het model voor Take Care.

Etta JamesMaar ook Scott-Heron haalde zijn inspiratie bij anderen. Bij soul- en bluesicoon Etta James bijvoorbeeld, die het nummer in 1998 uitbracht, of bij Irma Thomas, the Soul Queen of New Orleans, tien jaar daarvoor. Maar hij had ook te rade kunnen gaan bij deep-soulman OV Wright, die I’ll Take Care Of You al in 1969 tot grote hoogten zong.

Bobby Blue BlandOf natuurlijk gewoon bij de bron zelf, daar waar het allemaal begon: in 1959, bij de grote Bobby “Blue” Bland (1930-2013), die er in de Amerikaanse Bill Board Hot Hundred de 89e plaats mee bereikte. Achteraf gezien onbegrijpelijk laag, maar zo onrechtvaardig is de popmuziek blijkbaar soms.

Maar welke versie je ook hoort, steeds heeft het nummer een ongelooflijke power. Ann Powers vergelijkt zelfs met A Change Is Gonna Come, Sam Cooke’s klassieker uit 1964 die uitgroeide tot het lijflied van de zwarte burgerrechtenbeweging.

single I'll Take Care of YouHet magische moment is voor mij de plek waar de muziek even halt lijkt te houden, vlak voordat Bland de woorden ‘If you let me, here’s what I do’ laat klinken. Die onverwachte maar bijna onmerkbare pas op de plaats maakt duidelijk dat deze man meent wat hij zegt.

Standvastig, vol liefde en mededogen, kijkt hij haar aan. Eerst slaat ze haar ogen neer, dan ontmoet ze zijn blik. Ze ziet dat hij weet wat ze doormaakt. Dat hij uit eigen ervaring spreekt. Dat hij voor haar wil zorgen. En dat ook gaat doen. Zodat ze kan al het hartzeer achter zich laten. Als ze het hem toestaat.

De helende kracht van de liefde, in een paar woorden en noten samengevat. Dat is I’ll Take Care Of You. Kippenvel.

Muziek als medicijn: verkeerde prioriteiten

sproeiarm-vaatwasserSoms betrap ik me erop. Ik word boos op de verstopte sproeiarmen van de vaatwasser. Een uitspraak van een reaguurder blijft nazeuren in mijn hoofd. Ik vraag me af waarom ik zo weinig likes heb gekregen op mijn nieuwe profielfoto. Op zo’n moment heb je een reset-nummer nodig: een liedje dat je feilloos herinnert aan wat er werkelijk toe doet in het leven.

henny-vrienten-en-tochEen van zulke reset-nummers staat op het album En toch van nederpopicoon Henny Vrienten uit 2014. Het Gaat Niet Over heet het, hier in een live-versie uit het onvolprezen VPRO-programma Vrije Geluiden. De gelauwerde zanger-componist gaat meteen de diepte in:

‘Het gaat niet over cijfers / Het gaat niet over geld / Het gaat niet over bezit / Maar over wie voor jou het allermeeste telt’

henny-en-xander-vrientenEn hetzelfde geldt voor woede, haat, afgunst, aanzien en status, dingen die je af en toe kunnen doen vergeten waar het in wezen om gaat: degene die jou in je waarde laat, die je het liefste kust, die je ’s nachts troost. Vrienten, ondersteund door een fraai koortje van zijn jonge begeleidingsband met zijn zoon Xander, slaat de spijker op zijn kop. Want je weet wel wat echt belangrijk is, maar je vergeet het zo gemakkelijk!

henny-vrienten-met-basIn het refrein verschuift de betekenis van overgaan: ‘het gaat nooit over’. En als om je te verzoenen met het feit dat ook de antwoorden steeds opnieuw moeten worden gezocht, zingt Vrienten ‘waar het echt om gaat, dat zie jij later wel’.

James Taylor 2Ook de Amerikaanse singer-songwriter James Taylor weet hoe hij een luisteraar kan resetten. Zijn Shower The People uit 1976, een bescheiden hit in zijn vaderland, maakt waarschijnlijk zelfs onwrikbaar vastzittende emoties in de meest verstokte mensenhaters los:

‘You can play the game and you can act out the part,/ even though you know it wasn’t written for you / Oh, father and mother, sister and brother, if it feels nice, don’t think twice / just shower the people you love with love.’

wiel-van-postkoetsTaylor begrijpt je, met je vluchtgedrag en je ontkenningen en alles, maar uiteindelijk kun je dat toch beter loslaten, zegt hij. Geef maar toe hoe het op dit moment piept en kraakt bij jou, stop maar met de schijn ophouden voor de wereld. Stel je open voor je geliefden, dan gaat alles beter. Je zult het zien.

Ben je al gereset? Nee? Klik dan nog maar een keer op deze versie.

Al Jarreau

Oal-jarreau2 nee, niet weer, dacht ik begin deze week. Maar ik vrees dat we eraan zullen moeten wennen, nu de popmuziek inmiddels zelf de pensioengerechtigde leeftijd ruimschoots heeft bereikt. Nu was het Al Jarreau die ons verliet.

hoes-roof-garden-al-jarreauAl Jarreau (geb. Milwaukee, Wisconsin, 1940) is hier te lande het meest bekend van het lekkere Roof Garden uit 1981, met de kenmerkende wahwah-zang in het intro. Mijn kennismaking met de scattende jazzsoulzanger dateert van een paar jaar eerder, door toedoen van nota bene tv-presentator Willem Duys (voor de jongere lezers: zeg maar de Ivo Niehe van de jaren 60 en 70). De steun van Mr Avro voor deze nieuwe artiest was voor mij allesbehalve een aanbeveling, maar Duys’ oog voor talent valt achteraf gezien niet te ontkennen.

al-jarreau5Jarreau beheerste funk, latin, jazz, pop en ballads, maar omdat hij in zijn hart een jazzartiest was, vormde een bestaand nummer voor hem vooral een startpunt om op avontuur te gaan. Luister maar naar zijn versie van Elton Johns ‘Your Song’, James Taylors ‘Fire and Rain’ of Dave Brubecks klassieker Take Five. Of naar Sergio Mendés’ Mas Qua Nada. Jarreau bereidde bovendien de weg voor zo’n beetje iedereen in de popmuziek die zijn stem voor een muziekinstrument wil laten doorgaan. Trompet, fluit, gitaar, percussie, noem maar op, hij draaide zijn hand er niet voor om. Mensen als Raul Midón en Bobby McFerrin keken bij hem de kunst af en zonder Jarreau hadden de beatboxers van nu waarschijnlijk ook niet bestaan.

al-jarreau-lock-all-the-gatesWat mij betreft was de vocalist op zijn best in zelfgeschreven melodieuze stukken als Aladdin’s Lamp  en Lock All The Gates. Geheimzinnige nummers waarin elk woord een uitnodiging en elke lettergreep een liefdesverklaring is. En fantastisch om te zien hoe eenvoudig hij daar op het Duitse NDR-podium staat, slechts ondersteund door drums, bas en piano. Meer heeft hij niet nodig. Misschien is die stoere tederheid wel het belangrijkste van wat Al Jarreau ons nalaat.

al-jarreauVandaag treuren we niet alleen over het verlies van Al Jarreau maar staan vooral stil bij het moois dat hij voor ons heeft achtergelaten. Het past ook bij de man die zoveel liefde voor de muziek had en bijna tot aan zijn dood op het podium stond. En laten we hopen dat het even mag duren voordat hij door andere popiconen wordt gevolgd naar het dakterras .

 

Muziek als medicijn

hans-jeekel‘Muziek tijdens operatie leidt tot minder angst en pijn’ kopte de Volkskrant vorige week. Emeritus-hoogleraar chirurgie Hans Jeekel van Erasmus MC in Rotterdam vertelde enthousiast over de recente uitkomst van zijn onderzoeksproject Muziek als Medicijn. Operatiepatiënten die naar muziek luisteren zouden na afloop significant minder pijn, angst en stress hebben. Zelfs als die muziek alleen onder narcose wordt toegediend.

a-song-a-day-keeps-the-doctor-awayJeekel sprak zelfs van ‘wereldnieuws’ en benadrukte dat het om hard wetenschappelijk bewijs gaat. Maar intuïtief wisten wij muziekliefhebbers allang hoe ver de kracht van muziek reikt. We ondervinden immers dagelijks aan den lijve hoe mooie liedjes allerlei kleinere en grote pijn kunnen verlichten, vaak net zo goed of zelfs beter dan welke pil dan ook, en met minder bijwerkingen.

dr-johnHet kan dan ook geen toeval zijn dat zo veel artiesten de dokterstitel voeren – van Dr. John (Mac Rebennack), Doctor Feelgood en Doc Watson tot rappers Dr. Dre en Love Doctor – zonder zich maar een minuut te bekommeren om het ontbreken van de vereiste diploma’s. En het is ook niet voor niets dat zoveel liedjes een medische professional in de titel hebben staan, bijvoorbeeld Doctor My Eyes (Jackson Browne), ‘Doctor Wu’ (Steely Dan), ‘Call the Doctor’ (J.J. Cale) of, meer recentelijk, ‘Witch Doctor’ (De Staat).

de-boekenapotheekIn navolging van auteurs Susan Elderkin & Ella Berthoud, die in De Boekenapotheek laten zien hoe je jezelf al lezende kunt genezen, onderzoekt Goeie Nummers de komende tijd welke muziek helpt bij gezondheidsproblemen. En dan gaat het niet over de vraag of blues inderdaad helpt tegen de blues of in hoeverre break-up songs een gunstig effect hebben bij liefdesverdriet, maar of er specifieke songs zijn die heilzaam werken tegen specifieke klachten. Goeie Nummers wordt dan even synoniem met Geneeskrachtige Nummers.

hoes-bad-case-of-lovin-you-van-robert-palmerDe eerste doen we hier even heel kort: Bad Case of Lovin’ You (Doctor Doctor) van Robert Palmer uit 1979. De Britse zanger, na zijn dood in 2003 wat al te snel in de vergetelheid geraakt, scoorde tussen 1978 en 1986 een reeks gave hits, zoals ‘Best Of Both Worlds’, ‘Can We Still Be Friends’ en ‘Johnny & Mary’.

robert-palmerOok ‘Bad Case of Lovin’ You’ hoort daarbij. In dit Geneeskrachtige Nummer lijkt de genoemde arts trouwens niet meer dan een rekwisiet te zijn. De zanger geeft immers zelf al de diagnose: het is de liefde, die ‘vreemde ziekte’ (© Hennie Vrienten), die hem kwelt. En het verlossende recept had de zanger uiteindelijk ook al in huis: de demonen van de liefde eruit zingen. En dat doet hij, zoals we kunnen horen in deze lekkere live-uitvoering.